Zandbakruzies in de woestijn

De Nederlands-Israëlische filmmaakster Dikla Zeidler maakte een portret van
Samar, een van de laatste niet geprivatiseerde kibboetsen. De 250 inwoners vergaderen eindeloos over de kleinste beslissingen en delen alles met elkaar, maar het idealisme is tanende. De realiteit van alledag dringt ook Samar binnen. De grootste paradox: ballotage bepaalt wie tot dit sociaal-anarchistische paradijs wordt toegelaten. Een interview.

Door: Maurits de Bruijn – 03/06/2019

Documentairemaakster Dikla Zeidler maakte een sfeervolle film over het leven op Samar, een sociaal-anarchistische kibboets met dadelplantage in de Arabah- vallei in de Negev-woestijn. Samar telt honderd leden en nog eens zo’n honderdvijftig kinderen, vrijwilligers en aspirant-leden. Samar, vliegen we of vallen we? toont de gemeenschapszin, vrijheid en bureaucratie van een idealistische samenleving waarin geen plaats is voor materialisme of hiërarchie. Maar in dit paradijs dringt de harde realiteit binnen. De dadeloogst neemt af, schulden stapelen zich op, er zijn conflicten over de besluitvorming tot gekibbel over sigarettenrook. Bij een groot aantal leden lijkt mismoedigheid het van hun idealisme te winnen.
Dikla liet zich eerder inspireren door haar familie. Aan het einde van haar eerste documentaire Mijn zusje de soldaat vertrekken haar ouders uit Israël. Ook het idee voor Samar, vliegen we of vallen we? komt bij haar familie vandaan. Diklas vader is een geboren en getogen kibboetsnik en haar overgrootouders stichtten in 1920 één van de eerste kibboetsen. Ze vond het pijnlijk, zegt ze wanneer ik haar in een Amsterdams café spreek, dat haar vader vaststelde dat Israël niet meer het Israël waar hij van had gedroomd. Met dat gegeven wilde ze aan de slag: de vergane glorie van een verdwenen gedachtegoed, de idealen van de kibboets als metafoor voor het Israël van nu. ‘We weten dat veel goed bedoelde ideeën niet werken. Dat geldt voor het communisme in Rusland en ook voor veel van de oude krakerscollectieven. Heel vaak lukt het niet idealen in de praktijk te brengen, maar hoe zouden we dat wel kunnen doen? Met die vraag als uitgangspunt ging ik op zoek naar een kibboets die heeft vastgehouden aan zijn beginselen en niet, zoals in zoveel gevallen is gebeurd, inmiddels is geprivatiseerd. Samar is een van de weinige kibboetsen die daaraan nog voldoet.’

Wat trof je aan in Samar?
Het was een heel intensieve ervaring, maar ik voelde me er ook thuis. Ik zat een keer op een zaterdag om zevenuur aan het zwembad terwijl iedereen nog sliep. Ik keek een beetje om me heen en zag allemaal duiven die water uit het zwembad dronken en elkaar wegjoegen. Ik realiseerde me hoe exemplarisch dat was voor de manier waarop mensen zowel binnen als buiten de kibboets met elkaar omgaan. Er zat meer dan genoeg water in dat zwembad voor al die duiven. Er is genoeg geld, genoeg plek voor iedereen, maar toch verjagen we elkaar uit eigenbelang.

Viel dat je tegen?
Dat vond ik heel jammer. Ik had de neiging om de bewoners van Samar wakker te schudden en ze te vertellen hoe bijzonder het daar is. Mensen zijn nooit tevreden en willen altijd iets anders, dat geldt ook daar. Ik had natuurlijk gehoopt dat het een echt paradijs was, waar mensen anders met elkaar omgaan.

Zie je de gemeenschap van Samar als een metafoor voor de wereld of voor Israël?
Ja, het is bedoeld als microkosmos. Maar de documentaire had ook in Italië of Spanje gemaakt kunnen worden, waar je ook gemeenschappen hebt die zo samenleven, zij het iets minder extreem dan Samar. Tegelijkertijd is het natuurlijk symbolisch dat je in Israël een plek hebt waar mensen in harmonie met elkaar proberen samen te leven, maar waar je toegelaten moet worden. Een eiland, een ideële samenleving waar alleen de chosen ones mogen zijn, de uitverkorenen en de rest niet.

De film suggereert dat er sprake is van een bubble en dat de buitenwereld niet echt binnendringt in de kibboets. Is Samar losgezongen van de Israëlische maatschappij?
Het is inderdaad een bubble, zoals Tel Aviv dat ook is, maar uiteindelijk moeten alle bewoners gewoon in militaire dienst en gaat iedereen stemmen. Er worden hevige discussies gevoerd over wat er landelijk gebeurt en Samar heeft zich bijvoorbeeld ingespannen om een Soedanees vluchtelingengezin op te nemen , omdat ze het zo erg vonden dat die werden uitgezet. De meeste inwoners van Samar zijn pro-Palestijns. Als enige dadelplantage in Israël werken ze samen met dadelboeren op de Westelijke Jordaanoever. Er woont in Samar ook een gezin waarvan de moeder een zelfmoordaanslag heeft overleefd. Zo dringt de buitenwereld de hele tijd binnen.

Denk je dat Samar een schuilplek is voor het politieke geweld in Israël en de Palestijnse gebieden?
Dat is het in letterlijke zin; er zijn mensen naar Samar gevlucht. En het is makkelijk om in de kibboets de realiteit niet onder ogen te hoeven komen.

Wat de film mooi illustreert is dat de mensen in de kibboets ook worden gedwongen politiek te bedrijven. Sterker nog, er wordt eindeloos gediscussieerd. Dacht je tijdens het filmen weleens ‘Oh, daar gaan we weer?’
Ik was iedere keer blij als er een draaiperiode voorbij was en ik weer weg mocht. Dat is vreemd, want ik vond het ook heel fijn daar te zijn. Tijdens een van de viewings met de redactie begon een eindredacteur over zandbakruzies. Twee kinderen die vechten om een schepje en een emmer en dat een volwassene dan moet ingrijpen en zeggen: ‘Nu mag jij, straks mag jij.’ Alleen in Samar is die volwassene er natuurlijk niet. Mede daardoor is het een heel intense plek, en ik heb soms rust nodig.

In Samar slaat de vergrijzing toe, de kapitalistische druk wordt te groot, vertrouwen in de besluitvorming slinkt, daarmee wordt de gemeenschap van Samar een spiegel, ook voor de Nederlandse samenleving. Heb je bewust naar die spiegelingen gezocht?
Ik zocht constant naar universele verhalen, naar herkenbaarheid. Die vond ik deels in de vele, eindeloze vergaderingen. Geldgebrek, de generatiekloof en moeizame besluitvorming vormen de grootste problemen in Samar. De oudere generatie zegt dat ze alles aan de jongere generatie wil overdragen, maar uiteindelijk geeft ze niks uit handen. Naar mijn idee zijn alle problemen in Samar terug te voeren op een machtsstrijd. Macht is daar niet hiërarchisch bepaald, dus kan iedereen die naar zich toetrekken. Mensen grijpen de macht niet omdat ze machtig willen zijn, maar omdat ze bevlogen zijn en overtuigd zijn van hun gelijk.

Denk je dat Samar er in geslaagd is de idealen van een antikapitalistische, anarchistische samenleving in praktijk te brengen?
Ik vind het moeilijk daarover te oordelen en dat heb ik in de film ook niet willen doen.

Toch zien we de bewoners echt met elkaar strijden en aanmodderen.
Maar het werkt al 43 jaar, al begrijp ik niet hoe dat kan. We hebben vier vergaderingen van gemiddeld drie uur gefilmd waarin slechts één besluit werd genomen. En dat was de beslissing om een referendum te houden. Heel veel kibboetsleden nemen inmiddels geen deel meer aan die vergaderingen, zoals je in Nederland ziet dat mensen niet meer willen stemmen.
Voorheen waren er kibboetsgesprekken waarin alle beslissingen werden genomen, maar als daar minder dan 25 (van de 100) leden aanwezig waren, mochten ze geen besluit nemen. Daardoor werden beslissingen steeds weer uitgesteld, dat kon niet langer. Toen ze daarop referenda invoerden, daalde de betrokkenheid nog verder. Er kwamen nog minder mensen naar de gesprekken, omdat ze via internet konden stemmen. En dat terwijl het in Samar niet alleen gaat om het om het nemen van een besluit, het is juist van belang dat de bewoners elkaar begrijpen.

Hoe zie jij de toekomst? Denk je dat Samar nog een lang leven beschoren is?
Vanaf het moment dat de kibboets werd gesticht zeggen mensen al dat ze het niet zullen volhouden. Die problematiek rond de besluitvorming zien we natuurlijk ook in de Nederlandse politiek terug. Niemand wil beslissingen nemen die nare consequenties hebben, niemand wil de
bad guy zijn.
In Samar hebben ze vijf jaar gediscussieerd over wat ze met mensen moesten doen die veel te veel geld uitgeven. Niemand ontvangt loon, alle leden hebben toegang tot de gemeenschappelijke kas. Inmiddels Inmiddels zijn ze overeengekomen dat als iemand drie maanden lang excessief veel geld uitgeeft, die persoon zijn creditcard kwijtraakt.

Is er ook vergaderd en gestemd over de toestemming om jouw film te maken?
Ja, dat wilde ik ook heel graag. Niet iedereen was enthousiast, niet iedereen wilde gefilmd worden, maar niemand stemde tegen het maken van de film.

Hoe hebben de bewoners op de film gereageerd?
Sommigen vonden dat ik door een roze bril had gekeken. Ik ging de ochtend na de vertoning van de film weg, dus ik heb niet alle reacties gehoord. Er was een ouder kibboetslid dat vond dat ik de bewoners als gekke hippies had geportretteerd, terwijl een vrouw weer zei dat als die man dat zegt, ik het juist goed had gedaan. Iedereen ziet Samar anders.

Dikla Zeidler met Samar op de achtergrond