Rechts verdeeld, centrum verzwakt, links weggevaagd
Israël stevent af op permanente onregeerbaarheid. Het land maakt zich op voor de vierde stembusgang in nog geen twee jaar. Het vertrek van Netanjahoe lijkt de enige oplossing, maar daarvoor is de dreiging van de corruptierechtszaken te groot. Toch zijn er verschuivingen: Netanjahoe’s grootste rivalen zijn z’n voormalige geestverwanten op (ultra)rechts. Een analyse van Jan van der Putten.
Vanaf dag 1 was het duidelijk: ook dit wordt niks. En inderdaad, de ‘nationale regering’ van de politieke vijanden Benjamin Netanjahoe en Benny Gantz is al na zeven maanden uiteengespat. Dus bereidt Israël zich midden in een diepe sociale, economische en gezondheidscrisis voor op de vierde verkiezingen in minder dan twee jaar tijd.
Als de drie vorige rondes keer op keer tot niets anders hebben geleid dan de voortzetting van de impasse, dan ligt de conclusie voor de hand: verzin eerst wat anders om het land regeerbaar te maken. Maar dat kan alleen als de man die Israël al die tijd onregeerbaar maakt het politieke toneel verlaat. En dat is Benjamin Netanjahoe beslist niet van plan. Het grote verschil met de drie voorafgaande stembusgangen is dat hij niet meer bang hoeft te zijn voor het centrum, en voor links al helemaal niet. Voor het eerst komt het grote gevaar voor Netanjahoe van zijn vroegere vrienden van extreem-rechts. Hou daarbij vooral de naam Gideon Sa’ar in de gaten.
Een samenvatting van wat de regering Netanjahoe-Gantz tot stand heeft gebracht, kan heel kort zijn: niets. En de Abraham-akkoorden dan? Die baanbrekende overeenkomsten met de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein, Soedan en Marokko waren het werk van de Amerikaanse regering – president Trump heeft deze moslimnaties met grote cadeaus over het restant van hun afkeer van Israël heengeholpen – en van Netanjahoe en zijn vertrouwelingen, die al jaren informele relaties met die landen onderhielden. Tot die vertrouwelingen behoorden zeker niet waarnemend premier Gantz, tevens minister van Defensie, en de andere ministers van diens partij Kahol Lavan (Blauw en Wit). Een van hen was de minister van Buitenlandse Zaken Gabi Asjkenazi, net als Gantz een vroegere opperbevelhebber van de Israëlische strijdkrachten die de politiek was ingegaan. Gantz en Asjkenazi zijn buiten alle grote beslissingen en belangrijke benoemingen gehouden. Israëls omstreden internationale doorbraken, die de geopolitieke kaart van het Midden-Oosten drastisch aan het veranderen zijn, moesten ze vernemen via tweets van de politieke acteur die al sinds jaren in Israël een onemanshow opvoert.
Netanjahoe’s gevecht voor zijn politieke overleving dient dus uitsluitend zijn persoonlijke belang en botst meer en meer met het nationale belang en de beginselen van de rechtsstaat en de democratie. Om niet in de gevangenis te belanden is hij bereid tot alles, met als topprioriteit de vermorzeling van de rechterlijke macht. En zo houdt hij heel Israël in gijzeling, verkiezing na verkiezing.
Kapitale fout
Benny Gantz zal waarschijnlijk de geschiedenis ingaan als de meest naïeve politicus die Israël ooit heeft gehad. Zijn kapitale fout is geweest dat hij de meest leugenachtige politicus die Israël ooit heeft gekend, op zijn woord heeft geloofd. Deze smeekte hem na de derde verkiezingsronde de strijdbijl niet meer tegen elkaar maar tegen de gezamenlijke vijand corona te hanteren. Waarop Gantz zijn in drie verkiezingscampagnes herhaalde belofte vergat dat hij nooit en te nimmer in zee zou gaan met een man die niet op het pluche maar in de beklaagdenbank thuishoorde. Wel eiste hij van Netanjahoe dat ze elkaar in het premierschap zouden afwisselen, maar een ervaren politicus zou nooit hebben toegelaten dat Netanjahoe als eerste aan de beurt zou zijn. Gantz wel. In november 2021 zou hij het roer overnemen. Dat stond tenminste in een minutieus uitgewerkte coalitieovereenkomst tussen Netanjahoe’s partij Likoed (Consolidatie) en Blauw en Wit.
Een kind kon weten dat de Likoedleider zich niet aan die afspraak zou houden. Want de laatste paar jaar heeft de premier maar één doel: de drie corruptie aanklachten tegen hem in de versnipperaar laten belanden. Dat doet hij niet via de enige methode die in een rechtsstaat gepast is: het aantonen van zijn onschuld. Nee, de methode-Netanjahoe bestaat juist uit het afbreken van de rechtsstaat. Dat doet hij door zichzelf uit te roepen tot slachtoffer van een heksenjacht, ontketend door linkse figuren in de rechterlijke macht, de politiek en de media. In een breed offensief tegen deze ‘landverraders’ probeert hij hen te diskwalificeren en daardoor uit te schakelen. Om dat offensief voort te zetten moet hij aan de macht blijven, want alleen als premier kan hij het zwaarste geschut inzetten en een wet doordrijven die hem immuniteit verleent.
Netanjahoe’s gevecht voor zijn politieke overleving dient dus uitsluitend zijn persoonlijke belang en botst meer en meer met het nationale belang en de beginselen van de rechtsstaat en de democratie. Om niet in de gevangenis te belanden is hij bereid tot alles, met als topprioriteit de vermorzeling van de rechterlijke macht. En zo houdt hij heel Israël in gijzeling, verkiezing na verkiezing. Het land zou de eindeloze electorale carrousel, de daarmee gepaard gaande kosten en de politieke verloedering bespaard zijn gebleven als het een leider had gehad die zich niet boven de wet verheven had gevoeld en een iets kleiner ego en een iets groter verantwoordelijkheidsgevoel had bezeten.
Vernedering
Geen haar op Netanjahoe’s hoofd heeft eraan gedacht om zijn rotatieafspraak met Gantz na te komen. Hij hield zijn beoogde opvolger overal buiten en vernederde hem constant. Het kon voorkomen dat de twee urenlang naast elkaar in een vergadering zaten zonder één woord te wisselen, om elkaar na afloop de huid vol te schelden. Het enige waarvoor Netanjahoe Gantz’ medewerking nodig had was voor zijn oorlog tegen justitie in het algemeen en tegen zijn grote vijandprocureur-generaal Avichai Mandelblit in het bijzonder. In het regeerakkoord had Gantz bedongen dat het ministerie van Justitie naar Blauw en Wit zou gaan, juist om te voorkomen dat de hooggeplaatste verdachte het recht naar zijn hand zou zetten. De verdachte in kwestie wilde dat Gantz deze minister,Avi Nissenkorn, zou laten vallen. Tot verbijstering van zijn inmiddels gedecimeerde aanhang bleek Gantz op 20 december bereid Nissenkorn te degraderen tot een figurant. Hij stelde één voorwaarde: intrekking van de wet die bepaalde dat de Knesset zou worden ontbonden als de begroting voor 2020 niet vóór 23 december zou worden aangenomen. Waarom?
In de roteringsovereenkomst die Netanjahoe en Gantz in mei hadden ondertekend stond dat de begroting over 2020 en die over 2021 gelijktijdig moesten worden aangenomen. Dat had uiterlijk in augustus moeten gebeuren, maar Netanjahoe zei plotseling dat de onzekere coronasituatie aparte begrotingen noodzakelijk maakte. De deadline werd 120 dagen uitgesteld. Het duurde even voordat het Gantz begon te dagen dat het zijn gehate coalitiegenoot helemaal niet te doen was om de begroting. Want hoe hard die in deze tijd van ongekende crisis ook nodig is, voor Netanjahoe ging het om iets veel belangrijkers: de mogelijkheid om van Gantz af te komen. In het regeerakkoord stond immers dat de Knesset automatisch zou worden ontbonden als de begroting niet zou worden aangenomen. Ontbinding van het parlement betekent nieuwe verkiezingen. Dat Gantz met die bepaling akkoord is gegaan, is alleen maar te verklaren uit zijn verregaande politieke onnozelheid.
Te elfder ure is nog op weinig verheffende wijze gemanoeuvreerd. Het heeft niet mogen baten. De vierde verkiezingsronde is vastgesteld op 23 maart, hoewel je in Israël natuurlijk nooit kunt weten. Gantz weet het wel: dat hij is uitgerangeerd. Zijn partij, die in de eerste twee verkiezingen bijna aan de macht was gekomen, is aan het leeglopen. Het is zelfs de vraag of ze de kiesdrempel zal halen. Netanjahoe had de verkiezingen liever wat later willen hebben, op een moment dat de meeste Israëliërs zouden zijn ingeënt en hij die overwinning op corona aan zichzelf zou kunnen toeschrijven. Hij meende dat hij dankzij de zelfvernietiging van Blauw en Wit gemakkelijk een rechtse coalitie in elkaar zou kunnen flansen, die hem immuniteit tegen rechtsvervolging zou geven. Dat zelfvertrouwen heeft echter een flinke deuk gekregen. Want voor het eerst heeft Netanjahoe ernstige, en voor hem levensgevaarlijke, concurrentie gekregen op rechts. Voor het eerst maken zijn eigen geestverwanten en vroegere volgelingen een goede kans hem beentje te lichten.
Slinkende aanhang
Jarenlang heeft Netanjahoe als een dictator geheerst over het rechtse kamp. Met mogelijke rivalen kende hij geen genade. Maar zijn alleenheerschappij is tanende. Dat hij drie verkiezingen op rij, die in feite referenda waren over zijn aanblijven, niet wist te winnen, bracht zijn reputatie van onoverwinnelijkheid knauw na knauw toe. Zijn door politieke belangen gedicteerde coronawanbeleid, dat op 27 december resulteerde in de derde lockdown, deed menige rechtse wenkbrauw fronsen. Zijn aanhang begon te slinken. Aan de ruim een half jaar geleden begonnen demonstraties waarin – vaak op ludieke manier – het aftreden van ‘Crime Minister’ Netanjahoe wordt geëist, doen ook veel mensen mee die vroeger met hem wegliepen.
De premier begon zich zorgen te maken toen zijn vroegere stafchef Naftali Bennett in de peilingen razendsnel begon op te rukken. Bennett, voorstander van de annexatie van vrijwel de hele Westelijke Jordaanoever, heeft zichzelf opnieuw uitgevonden. Tot voor kort bestond zijn achterban voornamelijk uit religieuze kolonisten. Maar daar win je geen verkiezingen mee. Hij profileert zich nu als nationale leider van (extreem)rechts. De pandemie heeft hem de gelegenheid gegeven zich te laten zien als een empathische politicus die betrokken is bij de problemen van de mensen, als het tegenbeeld dus van Netanjahoe, die alleen in zijn eigenbelang is geïnteresseerd. Om Bennett uit te schakelen heeft Netanjahoe met hem hetzelfde trucje proberen uit te halen als met Gantz. Maar Bennett zei nee tegen het aanbod om minister van Defensie en waarnemend premier te worden. Hij heeft ook gezegd wat hij wel wil worden: premier.
Een nog groter gevaar voor de belegerde leider komt van zijn vroegere minister Gideon Sa’ar. In 2019 was hij Netanjahoe’s uitdager in de interne verkiezingen voor het leiderschap van de Likoed. Hij verloor ruim. Maar nu acht hij zijn kans gekomen. Met een tirade tegen Netanjahoe waarvoor diens felste vijanden zich niet zouden hoeven te schamen is hij uit de Likoed gestapt om een nieuwe partij op te richten, Nieuwe Hoop genaamd – nieuwe hoop althans voor degenen die zijn ultrarechtse ideeën delen. Voor de Netanjahoe-getrouwen is Sa’ar van het ene moment op het andere een verrader geworden. Maar hij krijgt gezelschap van steeds meer overlopers. Van Ze’ev Elkin bijvoorbeeld, ook een voormalige minister van Netanjahoe. Hij heeft nu zijn vroegere baas een ‘gevaar voor de staat’ genoemd en iemand die zich in zijn beslissingen uitsluitend laat leiden door zijn persoonlijke belangen. Toch aardig om dat nu eens te horen uit de mond van iemand die niet verdacht kan worden van enige linkse sympathie.
Onregeerbaar
Op de uitslag van de komende verkiezingen is geen peil te trekken. Zoals de zaken nu staan, eind december, tekent zich geen enkele werkbare regeringsmeerderheid af. De ultrarechtse kemphanen Sa’ar, Bennett en Avigdor Lieberman van Jisrael Beitenu (Israël Ons Huis) kunnen elkaar niet luchten of zien, maar ze hebben alle drie gezworen dat ze nooit en te nimmer met Netanjahoe zullen samenwerken. Dat zei Gantz nog niet zo lang geleden ook, maar dat was vóór de aderlating van Likoed. Rechts is verdeeld, het centrum verzwakt, links weggevaagd. Alle anti-Netanjahoe-gezinden samen vormen een onthutsend allegaartje, waaruit onmogelijk een hecht regeringsblok te vormen is.
De centrumpartij Jesj Atid (Er is een Toekomst) van Jair Lapid profiteert niet van de crisis van de andere partijen, en links is een drama. De sociaal-democratische partij Meretz (Kracht) zal even zwak blijven als ze al sinds jaren is. De Arbeidspartij is zelfs geen schim meer van de partij die Israël in de eerste dertig jaar van zijn bestaan heeft geregeerd. In de laatste verkiezingen haalde ze met moeite de kiesdrempel. Partijleider Amir Peretz bleek gevoelig voor de sirenezang van Netanjahoe en werd minister van Economische Zaken. Het werd een totale mislukking. Peretz is afgetreden als partijleider. Naar alle waarschijnlijkheid zal de Arbeidspartij in de komende verkiezingen worden weggevaagd, tenzij er een nieuwe charismatische leider opstaat die de ontheemde linkse kiezers een eigen huis kan bieden.
Arabische partijen
Ook de Gezamenlijke Lijst van vier voornamelijk Arabische partijen is in opperste crisis. Dat komt niet alleen door scherpe ideologische verschillen, maar ook door diepe verdeeldheid over de strategie: moet de op twee na grootste fractie van de Knesset, de politieke vertegenwoordiging van 20 procent van de Israëlische bevolking, zichzelf blijven veroordelen tot de oppositie, zonder enige invloed op de beslissingen, of moet ze op de een of andere manier samenwerking zoeken met partijen van joodse Israëli’s? Die hebben tot nu toe de Arabische politici behandeld als ballast, als stoorzenders, als politiek melaatsen, zelfs als terrroristenvrienden. Gantz had na de tweede verkiezingsronde premier kunnen worden als hij de gedoogsteun van de Arabische partijen had geaccepteerd. Hij wist niet hoe snel hij de aangeboden hulp moest afslaan, bang dat zijn kiezers hem anders zouden laten vallen.
En nu heeft uitgerekend Benjamin Netanjahoe, een man die van zijn afkeer van zijn Arabische landgenoten nooit een geheim heeft gemaakt, toenadering gezocht tot een van de Arabische partijen. Die toenadering is wederzijds: Mansoer Abbas – geen familie van de Palestijnse president –is niet uit op permanente politieke confrontatie maar op concrete verbeteringen voor de Arabische Israëli’s, zoals een verruiming van bouwvergunningen in hun steden en veel meer geld voor de bestrijding van de misdaad (in de Arabische gemeenschap zijn het afgelopen jaar honderd moorden gepleegd). Daarvoor moet je bij de regering zijn, van welke politieke kleur die ook is. Abbas neemt een voorbeeld aan de twee ultraorthodoxe partijen, die sinds jaar en dag Netanjahoe hun onontbeerlijke steun geven, op voorwaarde dat die hun privileges niet aantast, zoals vrijstelling van de dienstplicht voor jesjivastudenten en het rabbijns monopolie op de huwelijks- en scheidingswetgeving en de uitgifte van kosjer-certificaten.
De flirt tussen Netanjahoe en Abbas heeft al tot concrete afspraken geleid over de bouw van meer huizen en de legalisering van bedoeïenennederzettingen in de Negev. Veel bedoeïenen, een onder Netanjahoe zwaar gediscrimineerde minderheid, behoren tot Abbas’ kiezersvolk. In ruil eist Netanjahoe politieke steun van Abbas. De realpolitiker ziet daar geen probleem in: ‘Netanjahoe probeert uit mij voordeel te halen, maar ik doe hetzelfde met hem.’
De opnieuw demissionaire premier heeft nog meer pijlen op zijn boog. Een razendsnel vaccinatieprogramma moet rond de verkiezingsdatum het gros van de Israëli’s immuun voor corona hebben gemaakt en het economisch herstel hebben ingeluid, wat Netanjahoe ongetwijfeld op zijn conto zal schrijven. Hij maakt veel werk van de normalisering van de relaties met Marokko, het oog gericht op de honderdduizenden kiezers van Marokkaanse afkomst. Nu de met veel bombarie aangekondigde annexatie van een deel van bezet gebied voorlopig van de baan is, probeert Netanjahoe de kolonisten te paaien met duizenden nieuwe vergunningen voor de bouw van nederzettingen. Amerikaanse verkiezingscadeaus zoals Trump die hem gegeven heeft, hoeft hij van Biden niet te verwachten. Maar als afscheidsgeschenk wil Trump zijn grote vriend in Jeruzalem de erkenning door een groot moslimland aanbieden. Washington heeft Indonesië al bakken geld beloofd als het relaties aanknoopt met Israël. En wie weet zal Netanjahoe electorale munt proberen te slaan uit zijn campagne tegen aartsvijand Iran en de plannen van Biden om opnieuw een nucleaire deal met dat land te sluiten.
Netanjahoe zal zijn verkiezingscampagne voortdurend moeten onderbreken voor een gang naar de rechter, want in februari beginnen de hoorzittingen in zijn corruptiezaken. Om die te winnen, moet hij de verkiezingen winnen. Dat hij het politieke toneel op waardige wijze zal verlaten, gelooft niemand.