Gerechtigheid

De 75-jarige herdenking van de Holocaust is voor dirigent Daniel Barenboim aanleiding voor een pleidooi voor gerechtigheid en verantwoordelijkheid. De ethiek van de herinnering is gebrekkig, stelt hij. Israël zal volgens Barenboim niet in staat zijn de Palestijnen te accepteren zolang de Holocaust het enige morele criterium van zijn bestaan blijft.

Door: Daniel Barenboim, vertaling: Max Hirsch
Foto: ActiveStills

Wanneer het uitspreken van de woorden “Nooit meer” de enige wijze is waarop Israël zich tot het verleden verhoudt, kunnen die woorden ook gebruikt worden om de ondemocratische, militaristische heerschappij van Israël over de Palestijnen te rechtvaardigen – en daar komt nu ook annexatie bij.

17 mei is de 35ste regering van de Staat Israël ingezworen, 75 jaar na de beëindiging van de Holocaust. In de coalitie-overeenkomst kondigt de nieuwe regering het voornemen aan om de annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever (de Jordaanvallei en de nederzettingen) ter stemming te brengen in regering en/of parlement, op basis van het ‘vredesplan’ van de Amerikaanse regering. Dit plan is een stap in de richting van alles behalve een vredesakkoord met de Palestijnen. Het is niets minder dan een catastrofe.

Historisch gezien is het feit dat Israël een functionerende liberale democratie is – vaak ook ‘de enige democratie in het Midden Oosten’ genoemd – het belangrijkste politieke kapitaal dat het land bezit, een kapitaal dat mede gebaseerd is op de claim van exemplarische moraliteit die de grondslag zou vormen van de Joodse existentie door de eeuwen heen. Een van de centrale opdrachten van de Thora, waarnaar verwezen wordt in menig gerechtelijk bevel, is ‘Gerechtigheid, gerechtigheid zult Gij nastreven’. Het nastreven van gerechtigheid is inderdaad één van de fundamentele leerstellingen van het jodendom sinds het allereerste begin. In de joodse traditie getuigt het centraal stellen van verantwoordelijkheid tegenover alle mensen en tegenover de wereld als geheel van een diepe betrokkenheid bij de ethische principes van gerechtigheid en rechtvaardigheid.

Thuisland

Maar Israël is bezig dit historische kapitaal in een razend tempo te verkwanselen , om twee aan elkaar gerelateerde redenen: de ethiek van de herinnering aan de Holocaust en de wijze waarop het land de Palestijnen blijft behandelen.

Aan het einde van de 19de eeuw had Theodor Herzl een prachtige droom over een joods thuisland. Maar helaas; slechts een paar jaar later sloop er een leugen in het verhaal: Palestina als ‘een land zonder volk voor een volk zonder land’.

Dit was gewoon niet waar. In 1914 bestond slechts 12% van de totale bevolking van Palestina uit joden. Niemand kan in alle eerlijkheid beweren dat Palestina destijds een land zonder volk was (voor een volk zonder land), en dit feit vormt de kern van de historische onmogelijkheid voor de Palestijnen om het bestaan van de Staat Israël te erkennen.

Deze oppositie moet niet worden verward met haat tegen joden. Het is onacceptabel om de Palestijnen van antisemitisme te beschuldigen, omdat hun weigering om een joodse aanwezigheid te accepteren in wat tegenwoordig de Staat Israël is duidelijk een historische basis heeft. Het heeft totaal niets te maken met het wijdverspreide Europese antisemitisme, dat z’n meest gruwelijke uitdrukking vond in de Holocaust.

Israël herinnert zich het verleden van het joodse volk, maar heeft het vermogen verloren om er bij stil te staan. Je iets herinneren betekent iets uit je geheugen opdiepen, terwijl ‘ergens bij stilstaan’ betekent dat je je gedachten over gebeurtenissen uit het verleden weer naar boven haalt. De inderdaad absolute noodzaak om ‘nooit meer’ te zeggen wanneer men het over de Holocaust heeft, mag niet de enige manier zijn waarop men zich met het verleden bezighoudt. Bij herinneren hoort ook een constructief element; men moet er bij stil blijven staan.

Natuurlijk, iedereen, inclusief de Palestijnen, moet zich bewust zijn van waarheid en omvang van de Holocaust, die bestudeerd moet worden en begrepen, opdat iets dergelijks nooit meer voor kan komen. Edward Saïd begreep dat precies, en vocht tegen de stompzinnigheid en wreedheid van Holocaust-ontkenners.

Israël herinnert zich het verleden van het joodse volk, maar heeft het vermogen verloren om er bij stil te staan.

Begrip

Het was duidelijk dat een gebrek aan begrip voor de verwoesting die de Holocaust onder de mensheid aanrichtte en de racistische ontkenning ervan de deur zou openen voor een herhaling ervan, en bovendien wreed zou zijn tegenover de herinnering aan hen die het leven lieten, en tegenover de realiteit van hen die het overleefden. Maar iets begrijpen in de zin van Spinoza heeft een nog een andere, diepere betekenis: kennis en begrip zijn niet hetzelfde. Kennis is iets dat je vergaard, maar begrip is de vrucht van een diepgaand proces van denken en redeneren en leidt tot vrijheid.

Toegepast op de herinnering aan de Holocaust betekent dit dat het verkrijgen van kennis door het begrijpen van de essentie ervan ons in staat stelt om geen slaaf te worden van een herinnering die we niet mogen vergeten. Anders zou het de rechtvaardiging kunnen vormen voor de ondemocratische en militaristische neigingen die heden en toekomst van zowel de Israëlische als de Palestijnse samenlevingen ernstig in gevaar zouden kunnen brengen.

De gruwel van de onmenselijkheid van de Holocaust en de tragedie die het behelst behoort toe aan de mensheid als geheel. Ik ben er van overtuigd dat alleen het vermogen om het op deze wijze te zien ons de noodzakelijke helderheid van gedachten en de emotionele rijpheid kan verschaffen om met het conflict met de Palestijnen om te kunnen gaan. Als het waar is dat de Palestijnen niet in staat zullen zijn om Israël te accepteren zonder ook zijn geschiedenis, inclusief de Holocaust, te accepteren, dan is het evenzeer waar dat Israël niet in staat zal zijn de Palestijnen te accepteren zolang de Holocaust het enige morele criterium van zijn bestaan blijft.

Annexatie

En hoe zit het dan met Israël en zijn nieuwe regering? Niet alleen dat de ethiek van Israëls herinnering gebrekkig is, maar het handhaven van de bezetting en het vestigen van nieuwe nederzettingen, en nu zelfs het plannen van de annexatie van extra grondgebied, hebben de Palestijnen moreel superieur gemaakt.

Maar Israëli’s en Palestijnen zijn en zullen altijd met elkaar verbonden blijven. Israëli’s zijn niet alleen maar de bezetters en Palestijnen niet alleen maar de slachtoffers. Elk is ‘de ander’, maar slechts bij elkaar genomen vormen ze een complete eenheid.

Om die reden is het voor elk van hen van essentieel belang om niet alleen het eigen verhaal te begrijpen, maar ook de menselijke ervaring van de ander. In dat opzicht kunnen we leren van de muziek. Muziek vertelt nooit een enkelvoudig verhaal; er is altijd een dialoog of een contrapunt. Als er in het politieke debat slechts één stem is, is er sprake van een rigide ideologie. In de muziek zou dat onmogelijk zijn.

Daniel Barenboim is artistiek leider van de Scala in Milaan, de Deutsche Oper en de Staatskapelle in Berlijn. Samen met Edward Saïd richtte hij het general West-Eastern Divan Orchestra op, dat bestaat uit jonge Arabische en Israëlische musici en zijn thuisbasis heft in Sevilla.

Vertaling: Max Hirsch