Foto: ActiveStills
De stilte doorbroken

De Palestijnse LHBT-beweging groeit tegen de verdrukking in

Het beeld van een oerconservatieve Palestijnse gemeenschap die homo’s en transgenders niet accepteert, klopt niet, zeggen Palestijnse activisten. De Palestijnse LHBT-beweging bestaat en groeit. Zij voert strijd op twee fronten: tegen conservatieve normen, en tegen pinkwashing.

Door: Rick Meulensteen – 16/09/2020

‘Een tahini-oorlog’, zo noemde The New York Times de ophef deze zomer over de Palestijns-Israëlische tahini-producent Al Arz. Inzet deze keer was niet de discussie, zoals die al jaren gevoerd wordt over falafel en hoemoes, wie tahini (sesampasta) mag claimen (Palestijnen? Israëli’s? Egyptenaren? Libanezen?). Nee, inzet was een donatie die Julia Zaher, de 65-jarige directrice van het succesvolle bedrijf, had gedaan aan de Israëlische homorechten-organisatie Agoeda. De donatie was bedoeld voor een hotline voor Palestijns-Israëlische homo’s en transgenders. Voor een deel van de Palestijnse gemeenschap in Israël was dat een brug te ver.

Wat volgde was een boycot. Palestijns-Israëlische supermarkten haalden Al Arz van de schappen. Op social media verschenen kruideniers die de alom geprezen tahini bij het vuilnis gooiden. ‘Wat Al Arz doet, past niet bij onze normen en waarden,’ was hun boodschap. Tegelijkertijd bekritiseerden progressieve activisten Zahers besluit om een donatie te doen aan Agoeda, dat geld had volgens hen beter naar Palestijnse homorechten-organisaties kunnen gaan. En dat niet alleen. Agoeda zou zich schuldig maken aan pinkwashing: pro-Israëlische organisaties, maar ook de Israëlische overheid, wijzen op het relatief gunstige homorechten-beleid in Israël in vergelijking tot de rest van de regio om mensenrechtenschendingen in de Palestijnse gebieden te verbloemen en te bagatelliseren, en sympathie te wekken van het Westerse publiek. Een land dat homorechten beschermt kan immers toch niet zó erg zijn?

Zaher verdedigde haar besluit. Vele anderen vielen haar bij. Jonge Palestijnen spraken op social media hun steun uit. Het Palestijnse Knesset-lid Aida Touma-Sliman ging pal achter Zaher staan, net zoals een grote vrouwenorganisatie. Ayman Odeh, het hoofd van de Verenigde Arabische Lijst, het samenwerkingsverband van Palestijns-Israëlische partijen in de Knesset, noemde de boycot ‘hypocriet’. Veel Palestijnse homorechten-activisten reageerden verheugd.

Foto: ActiveStills

Homogenezingstherapie

Het lijkt tekenend te zijn voor de veranderende opvattingen over de rechten van LHBT’ers (Lesbiennes, Homoseksuelen, Biseksuelen en Transgenders). Activisten wijzen op de honderden Palestijnse demonstranten die begin augustus de straat opgingen in Haifa in een protest tegen anti-LHBT-geweld nadat een Palestijnse transgender was neergestoken buiten een opvangcentrum in Tel Aviv. Zij wijzen ook op het recente debat over “homogenezingstherapie”, waarover Palestijnse parlementariërs in de Knesset diep verdeeld waren. Drie leden van de Verenigde Arabische Lijst verklaarden zich voorstander van een verbod op de omstreden therapie. Het beeld dat LHBT-rechten een brug te ver zijn in de Palestijnse gemeenschap, is ook in het Israëlische parlement aan het kantelen.

Het debat over LHBT-rechten wordt ook zichtbaarder. Jaren geleden werd nieuws over Palestijnse LHBT’ers niet gepubliceerd, of hoogstens kort aangestipt. Dat is niet meer het geval. Het Knesset-debat over homogenezingstherapie was in verschillende Palestijnse media belangrijk nieuws. Dat gold ook voor de ophef over Al Arz.

Zichtbaarheid

Dat laat niet onverlet dat de positie van Palestijns-Israëlische LHBT’ers precair is. Ze zijn ingeklemd tussen een Palestijnse gemeenschap die er deels conservatieve opvattingen op nahoudt, en een Israëlische staat die de Palestijnse minderheid als tweederangsburgers behandelt. Palestijnse LHBT-organisaties als al-Qaws en Aswat timmeren echter al jaren aan de weg om de positie van LHBT’ers te versterken, en hun zichtbaarheid te vergroten. Met gemengde gevoelens lieten zij zich horen in het Al Arz-debat. Ja, het is goed dat er aandacht is voor Palestijnse LHBT-rechten. Nee, het is niet goed dat een organisatie als Agoeda spreekt namens Palestijnse LHBT’ers. Haneen Maikey, directrice van al-Qaws, lichtte op nieuwssite Middle East Eye de kritiek toe. ‘Waarom praat een Israëlische organisatie over onze seksuele rechten? Waarom worden Palestijnse LHBT-stemmen niet centraal gesteld als er een gesprek plaatsvindt dat over hen gaat? Door een zionistische organisatie als Agoeda te laten praten over Palestijnen, doe je aan pinkwashing, en ga je mee in de ongelijke machtsverhoudingen waarvan hier sprake is’ – waarbij Israëlische stemmen meer gehoord en gewaardeerd worden dan Palestijnse stemmen. Door geen ruimte te bieden aan organisaties als al-Qaws en Aswat, ontstaat het beeld dat er aan Palestijnse zijde weinig gebeurt, en dat er Israëli’s nodig zijn om Palestijnse LHBT’ers te helpen, bedoelde Maikey maar te zeggen.

Dat beeld staat haaks op de realiteit. Zo wijst Maikey er met trots op dat al-Qaws al sinds 2010 een hotline heeft. En dat al-Qaws en Aswat, in tegenstelling tot Agoeda, oog hebben voor de realiteit waar Palestijnse LHBT’ers in leven. Waar Agoeda in het verleden Palestijnen heeft opgeroepen hun ‘conservatieve, homofobe’ gemeenschappen te verlaten en een beter leven te zoeken in bijvoorbeeld het progressieve Tel Aviv, spannen al-Qaws en Aswat zich in om de gemeenschap waarin Palestijnse LHBT’ers opgroeien te veranderen. ‘Organisaties als Agoeda zien ons alleen maar als slachtoffers van onze maatschappij. Ze willen de rol op zich nemen van verlossers.’

Waakzaamheid

Waar voorzichtige vooruitgang wordt geboekt, is waakzaamheid geboden. Dat geldt zowel voor Israël als voor de Palestijnse gebieden. Vorig jaar zomer kondigde de Palestijnse Autoriteit opeens een verbod aan van activiteiten georganiseerd door al-Qaws, dat aan beide kanten van de Groene Lijn actief is. Activisten merkten sarcastisch op dat zij in het verbod ook iets positiefs zagen: het was de eerste keer dat de Palestijnse Autoriteit erkende dat een organisatie als al-Qaws bestaat. In een verklaring van de Palestijnse Autoriteit werd de groep omschreven als een gerund door ‘buitenlandse actoren’ die zich verzetten tegen ‘traditionele Palestijnse waarden’. Burgers werden opgeroepen ‘verdachte activiteiten’ van al-Qaws-activisten te melden.

LHBT-activisten lieten dit niet zomaar passeren. In een verklaring beschuldigden zij de Palestijnse Autoriteit ervan de LHBT-gemeenschap te gebruiken als bliksemafleider en zondebok, om de aandacht af te leiden van haar eigen falen en autoritaire neigingen. LHBT-organisaties waren simpelweg het volgende slachtoffer in een groeiende hetze tegen kritische Palestijnse stemmen. Het kwaad was echter geschiet. Al-Qaws en andere activisten werden overladen met dreigementen van geweld en doodsbedreigingen. Het prille gesprek over LHBT-rechten in de Palestijnse gebieden, een gesprek dat volgens activisten nooit echt de afgelopen decennia gevoerd is, werd snel de kop ingedrukt. Maar, zo geloven zij ook: de geest is uit de fles. De LHBT-gemeenschap laat zich niet zomaar terug in de kast duwen.

Op de progressieve Israëlische nieuwssite +972 Magazine bood de Palestijnse mensenrechtenadvocaat Fady Khoury deze zomer een hoopvolle visie op de toekomst, een visie die breed gedeeld en veelvuldig gelezen werd. ‘Voor degenen die leven in een samenleving waar LHBT-rechten erkend en gerespecteerd worden, zal het vreemd overkomen om te spreken over vooruitgang in Israël en de Palestijnse gebieden. Maar elke betekenisvolle strijd voor erkenning en acceptatie begint met het doorbreken van een stilte. Het betekent dat we de samenleving om ons heen moeten dwingen ons bestaan te erkennen. Dat we juist nu zoveel conservatieve krachten horen die zich zo duidelijk tegen ons keren, betekent dat ons bestaan erkend wordt. We hebben het debat opengebroken.’