De nieuwe regering Bennett-Lapid lijkt een hopeloos misbaksel, maar houdt stand. De wonderlijke coalitie is een verademing na de jaren van polarisatie, haatzaaierij en nepotisme onder Netanjahoe. De gemeenschappelijke afkeer van ‘Bibi’ blijkt een uitstekend bindmiddel. Nuchterheid en pragmatisme hebben de overhand. De nieuwe stijl voelt bijna aan als een revolutie, concludeert Jan van der Putten.
Op het eerste gezicht lijkt de hommel wel het laatste insect dat in staat is om te vliegen. En toch vliegt hij. Zo is het ook met de regering van premier Naftali Bennett en plaatsvervangend premier Jair Lapid. Hun kabinet lijkt een onlevensvatbaar misbaksel, maar toch bestaat het al ruim honderd dagen, en er zijn geen tekenen dat het binnenkort het loodje zal leggen. Hoe slaagt deze hommel erin te vliegen?
De regering Bennett-Lapid leek vanaf het eerste begin gedoemd knetterend te mislukken. Het begon al met haar precaire ontstaan. Dat was uitsluitend te danken aan haar enige bindmiddel, en dat was nog negatief ook: de gedeelde weerzin tegen Benjamin ‘Bibi’ Netanjahoe. In vier verkiezingen in twee jaar tijd had deze autoritaire figuur geprobeerd zijn macht te prolongeren. Hij werd steeds ongeloofwaardiger en onbetrouwbaarder en sloeg steeds wilder om zich heen, maar het enige wat hem lukte was een kortstondig, op bedrog gebaseerd monsterverbond met zijn politieke vijand Benny Gantz. De machinaties waarmee hij in zijn corruptiezaken Justitie naar zijn hand probeerde te zetten, leverden hem alleen maar meer vijanden op. Ook in zijn eigen partij Likoed maakten zijn dictatoriale optreden en de rücksichtslose manier waarop hij zich ontdeed van concurrenten hem er niet geliefder op. En zo werd het ‘veranderingsblok’ geboren, waarin plaats was voor iedereen die Bibi weg wilde hebben.
Vanaf dag één claimt Netanjahoe dat hij binnen de kortste keren weer als premier zal huizen in ‘zijn’ ambtswoning
Bindmiddel
Maar gedeelde afkeer is als bindmiddel niet sterk. Gelukkig voor de kersverse coalitiegenoten zorgt Netanjahoe er zelf voor dat de lijm tussen de delen van het veranderingsblok niet snel loslaat. Want vanaf dag één claimt hij dat hij binnen de kortste keren weer als premier zal huizen in ‘zijn’ ambtswoning, die hij pas weken na het aantreden van Bennett ontruimde. Via de sociale media voert hij een giftige campagne tegen zijn opvolger. Aan zijn nieuwe rol van oppositieleider kan hij maar niet wennen. Hij gedraagt zich nog steeds alsof hij nog altijd eerste minister is. Binnen zijn eigen Likoed hoor je sommigen fluisteren dat Bennett niet zal vallen zolang Netanjahoe hun leider blijft, omdat de gedeelde weerzin tegen hem een band zal blijven scheppen tussen de partijen van de regeringscoalitie.
Verraders en terroristen
Bibi ziet de nieuwe regering als een bende politieke verraders, die gemanipuleerd wordt door landverraders en geïnfiltreerd is door verkapte terroristen. Wie bedoelt hij? De politieke verraders zijn in de ogen van Netanjahoe de ministers die ook onder hem hebben gediend. Dat zijn precies de zes belangrijkste figuren van het nieuwe kabinet: Bennett, Lapid, Gantz, Sjaked, Sa’ar en Lieberman. De landverraders zijn in Bibi’s taalgebruik de ministers van linksen huize van de kleine partijen Meretz en de Arbeiderspartij. Ook de centrumleiders Lapid en Gantz hebben volgens Netanjahoe een verderfelijk links hart. En de verkapte terroristen, dat zijn in zijn verhitte geest de leden van Ra’am, een kleine partij van de Arabische minderheid die hijzelf had gepaaid om aan een regeringsmeerderheid te komen.
Om de zwakke zijden van het nieuwe kabinet te zien heb je geen loep nodig. Je ziet er ongeveer alle kleuren van de politieke regenboog. Zelden zal een regering zo’n onthutsend samenraapsel zijn geweest als die van Bennett-Lapid. De acht coalitiepartijen variëren van uiterst rechts tot democratisch links, van ultranationalisten tot liberalen, van nog rechtsere houwdegens dan Netanjahoe tot hervormers die de sociale ongelijkheid te lijf willen, van diep religieuzen tot overtuigde seculieren, van fanatieke voorstanders van inlijving van bezet Palestijns gebied tot pleitbezorgers van een tweestatenoplossing. In de regeringscoalitie zit ook, een absolute noviteit, een partij die een gedeelte van de kiezers vertegenwoordigt die tot nu toe haast per definitie buiten de politieke boot waren gevallen: de Arabische Israëliërs, 21 procent van de bevolking.
Minimale meerderheid
De coalitie heeft de kleinst denkbare meerderheid in de Knesset: één zetel. Ze is in elkaar gezet door de man die de spil van de nieuwe regering vormt, de voormalige tv-presentator Jair Lapid. Hij is leider van Jesj Atid, met 17 van de 120 zetels de grootste coalitiepartij (maar niet de grootste partij van het land, want dat is met dertig zetels nog altijd de Likoed). Bennetts rechtse partij Jamina heeft maar zes zetels, maar toch mocht hij van Lapid premier worden. Anders zou Bennett niet Lapid maar Netanjahoe aan een beslissende meerderheid hebben geholpen, want politiek opportunisme – anderen noemen het realisme – is Israëls nieuwe leider niet vreemd. Bovendien was Bennett voor het rechtse deel van het anti-Netanjahoe-kamp als premier meer acceptabel dan Lapid.
Niemand voorspelde de nieuwe, atypische regering een lang leven. En toch houdt ze het nog steeds vol. Wat is haar geheim?
Dus stelde Lapid een deal voor: Bennett mocht de eerste twee jaar premier zijn, waarna het de beurt zou zijn van Lapid zelf, die tot die tijd zou optreden als plaatsvervangend premier en minister van Buitenlandse Zaken. Op het laatste moment werd de deal een feit. En zo kwam er op 13 juni een eind aan vijftien lange jaren Netanjahoe, waarvan de laatste twaalf zonder onderbreking, en daarmee ook aan de regeringsdeelname van de ultraorthodoxe partijen, die van Bibi altijd hadden gekregen wat ze wilden. Niemand voorspelde de nieuwe, atypischeregering een lang leven. En toch houdt ze het nog steeds vol. Wat is haar geheim?
De coalitiegenoten weten vooral wat ze niet moeten doen. Ze proberen daarom alles te vermijden waarover diepgaande en dus voor de regering fatale meningsverschillen kunnen ontstaan. In de praktijk komt dat neer op een naar rechts neigende middenkoers, maar met voldoende concessies aan centrum, links en de Arabische partij. Met zo’n regering is een doorbraak in het conflict met de Palestijnen ondenkbaar, maar er zijn voor het eerst sinds lange tijd gesprekken met de – in eigen kring extreem impopulaire – Palestijnse leider Machmoed Abbas.
Het Israëlische leger blijft zich op de Westelijke Jordaanoever als vanouds gedragen als een bezettingsmacht, dodelijke schietpartijen inbegrepen. Maar tegelijk moet de regering compromissen sluiten. Bijvoorbeeld in het conflict over een nieuwe, officieel illegale nederzetting, waartegen de Palestijnse bevolking heftig had geprotesteerd. De kolonisten moeten voorlopig vertrekken, maar hun lege huizen zullen worden bewaakt door het leger. Een salomonsoordeel? Of vlees noch vis?
Politieke evolutie
Gelukkig valt er op sociaal-economisch gebied en in de relatie met de Verenigde Staten genoeg te saneren, en daar is de regering dan ook druk mee bezig. Maar sluit een politieke evolutie niet uit. Voor hij premier werd stond Bennett bekend als een fanatieke voorman van de kolonisten en een fel tegenstander van een Palestijnse staat. Om zijn politieke basis te verbreden moet hij ook voor andere rechtse stromingen en liefst ook voor het centrum aanvaardbaar zijn. Hij is bezig zichzelf opnieuw uit te vinden als leider van heel conservatief Israël. Een nieuwe Netanjahoe, maar dan zonder excessen en schandalen? Time Magazine lijkt daarop al te zijn vooruitgelopen door hem op de lijst te zetten van de honderd invloedrijkste personen van 2021.
De verklaring voor die uitverkiezing geeft een vroegere vijand en nu een coalitiegenoot: Mansoer Abbas, leider van de Arabische partij Ra’am. Volgens Abbas – geen familie van Machmoed – belichaamt Bennett ‘de hoop op een betere toekomst voor ons allemaal’, zo schrijft hij in Time. Abbas’ motief om aan de regering mee te doen is niet ideologisch maar praktisch: verbetering van de sociaal-economische achterstelling van de Arabische Israëliërs en bestrijding van de moorddadige criminaliteit in deze bevolkingsgroep. Sommigen zien in de regeringsdeelname van Ra’am al de eerste aanzet tot integratie van Arabische en joodse Israëliërs. Maar de drie andere Arabische partijen vinden dat Abbas verraad aan de Arabische zaak heeft gepleegd door in deze regering te gaan zitten. Zelf zitten ze in het door Netanjahoe geleide oppositiekamp, waarin ze altijd outsiders zullen zijn.
Dat de hommelregering van Bennett en Lapid blijkt te kunnen vliegen, is voor iedereen een grote verrassing. Ze profiteert volop van het verademingseffect na Netanjahoe. Provocaties, haatzaaierij, polarisering, narcisisme en nepotisme vormen niet meer de regeringsstijl. Israël heeft geen zelfuitgeroepen messias meer die meende boven de wet te staan en een doorlopend abonnement op de macht te hebben. Na Bibi is de nieuwe regeringsstijl van nuchterheid en pragmatisme, van soberheid en bescheidenheid bijna een revolutie.