De twee miljoen inwoners van Gaza kampen met een watertekort. Het kraanwater is zout, vervuild, en niet geschikt om te drinken. Bij gebrek aan alternatieven zijn Gazanen gedwongen om dit water uitsluitend te gebruiken voor douchen en wassen, maar de toevoer is onregelmatig en onvoorspelbaar. Deze mensen zien zich gedwongen om water dat ze voor drinken of koken willen gebruiken, in de winkel te kopen -ondanks hun armoede- en zelfs dan voldoet het water vaak niet aan de gezondheidseisen.
Het watertekort en de slechte kwaliteit van het kraanwater op de Gazastrook zijn al jaren bekend. De aquifer aan de kust, die de enige waterbron is in Gaza, is vervuild geraakt door overmatig pompen en verontreiniging door afvalwater. Het gevolg is dat 96,2% van het kraanwater dat van deze waterbron komt, ondrinkbaar is. Daarbij komt, dat 40% van de watervoorziening de inwoners niet bereikt vanwege de gedateerde infrastructuur in Gaza.
Omdat de watertoevoer onregelmatig is, moeten Gazanen water opslaan in containers op hun dak, voor de dagen waarop er geen water uit de kraan komt. De stroomvoorziening is in Gaza ook onbetrouwbaar, en storingen vallen vaak samen met de momenten waarop er geen water uit de kraan komt. Dit beperkt de mogelijkheid om hun watervoorraden te vullen. Families die niet op tijd het water naar het dak kunnen pompen voor de elektriciteit uitvalt, komen zonder water te zitten.
De Wereldgezondheidsorganisatie heeft het dagelijkse minimum aan waterconsumptie per persoon vastgesteld op 100 liter. De gemiddelde Israeli consumeert meer dan 200 liter per dag, in Gaza ligt het gemiddelde op 79 liter. Veldonderzoekers van B’Tselem interviewden vijf Gazanen over deze erbarmelijke omstandigheden. ‘Als ik moest kiezen, zou ik liever zonder elektriciteit leven, en altijd water hebben. Water is leven, en zonder water in mijn huis, voel ik me hopeloos en uitgeput.’
Blijf op de hoogte.Schrijf u in voor de maandelijkse nieuwsbrief: